Nzumbe Nyanduga en Céline van Gerner, alumni van Johan Cruyff Institute, delen hun werkervaringen bij de Olympische Spelen Parijs 2024
Je kwalificeren voor de Olympische Spelen is de ultieme beloning voor elke sporter, het resultaat van jaren van inspanning en toewijding. In het vorige artikel hadden we enkele mooie verhalen van studenten van Johan Cruyff Academy die deelnemen aan Parijs 2024. Evenzo is het voor professionals in de sportindustrie een erkenning van hun werk en een geweldige ervaring om betrokken te zijn bij de Olympische Spelen. Nzumbe Nyanduga, Senior Data Analytics Manager bij het Internationaal Olympisch Comité (IOC), en Céline van Gerner, voormalig Olympisch turnster en sportcommentator voor de NOS, delen hun werkervaringen en de impact van hun opleiding aan Johan Cruyff Institute.
Nzumbe Nyanduga: het belang van data tijdens Paris 2024
In zijn rol als Senior Data Analytics Manager bij het IOC gebruikt Nzumbe Nyanduga zijn ervaring in data-analyse om de prestaties en het sportmanagement van een van de grootste evenementen ter wereld te optimaliseren. Deze alumnus van het Specialized Diploma in Football Management Online werkt als Senior Data Analytics Manager bij het Internationaal Olympisch Comité. Als onderdeel van zijn werk zorgt Nzumbe ervoor dat elke beslissing wordt ondersteund door nauwkeurige gegevens en grondige analyses, waardoor de operationele efficiëntie en de ervaring van atleten en toeschouwers worden verbeterd. Tijdens Parijs 2024 is zijn werk van groot belang om de hoeveelheid data die tijdens de Spelen wordt gegenereerd te managen, van de faciliteiten tot de logistiek en de organisatie van het evenement. Nzumbe benadrukt hoe zijn opleiding aan Johan Cruyff Institute hem de benodigde tools heeft gegeven om deze uitdaging aan te gaan, om geavanceerde technologie en analysetechnieken te integreren in de topsportomgeving.
Waar bestaat jouw werk als Senior Data Analytics Manager bij het IOC uit?
Parijs 2024 zijn de eerste Olympische Spelen die worden georganiseerd onder de nieuwe agenda 2020+5. Dit is een strategisch stappenplan voorgesteld door het IOC, met 15 aanbevelingen voor de komende vijf jaar. Het richt zich op belangrijke trends zoals solidariteit, digitalisering en duurzaamheid. Veel van de projecten waaraan ik en het team werken, behandelen deze kwesties: de complexiteit van de kosten van de Spelen verminderen en de duurzaamheid en efficiëntie vergroten. Het idee is om gegevens en informatie te verstrekken zodat ze beslissingen kunnen nemen over hoe ze de organisatie van de Spelen kunnen plannen.
Het werk richt zich ook op het verminderen van kosten. Om correcte beslissingen te nemen, moeten wij de juiste informatie en context verschaffen. Een ander belangrijk onderdeel is het helpen met meten. Hoe goed hebben ze gepland? Hebben we de kosten kunnen verlagen? Zijn we efficiënter en duurzamer geworden? Dus we hebben verschillende projecten lopen om dit nauwkeurig te meten en te evalueren. En daarna, na de Spelen, zullen we alle analyses uitvoeren om te begrijpen waar we het goed hebben gedaan en waar we kunnen verbeteren. Dit zal worden gedeeld met de volgende organisatiecomités.
Wat inspireerde je om over te stappen naar sport en een carrière in data-analyse. Welke stappen heb je gezet om deze verandering succesvol te laten verlopen?
Ik heb Actuariële Wetenschappen gestudeerd, wat zeer complexe wiskunde omvat: statistieken, waarschijnlijkheid, dat soort zaken. Maar ik had veel twijfels over mijn carrière, over waarom ik dat deed. Aan de andere kant was ik altijd al gepassioneerd over sport. Mijn favoriete sport is voetbal, dus ik bezocht websites en keek naar de Champions League. Toen realiseerde ik me dat ik iets wilde doen dat gerelateerd was aan sport. Maar ik kom uit Tanzania, een land met weinig sporttraditie. Als kind deed ik niet aan sport, ik kom niet uit een sportfamilie.
Ik herinner me dat ik naar LinkedIn ging. Daar begon ik mensen op te zoeken die in sportorganisaties werkten en ik bekeek hun carrières: hoe kwamen ze in die positie? Ik zag dat sommigen voormalige sporters waren en velen hadden een master in sportmanagement. Dit was in 2010 en tijdens dat proces ontdekte ik het opleidingsaanbod van Johan Cruyff Institute. Ik volgde het Diploma in Football Business Online . Daarna studeerde ik af en deed ik een master en daar kreeg ik een stage bij het IOC. Ik begon in een gebied dat niets met data te maken had, een team genaamd Kennismanagement. Maar het was een geweldige plek om te beginnen, omdat ik van alles leerde. Na verloop van tijd werkte ik weer met cijfers vanwege mijn opleiding en mijn sterke wiskundige achtergrond. Het IOC wilde beslissingen nemen op basis van data en ze zochten mensen die goed waren in data-analyse. Het was dus een kwestie van op het juiste moment op de juiste plaats zijn.
Kun je de belangrijkste tools en methoden voor data-analyse en business intelligence beschrijven, die je in je rol bij het IOC gebruikt?
Ik denk dat, ongeacht de tools, het belangrijk is om te begrijpen wat het doel is dat je probeert te bereiken. En je moet je publiek begrijpen. Zodra je dat duidelijk hebt, kijk je welke gegevens je moet verzamelen, of hebben, om die gewenste resultaten te bereiken. En dan zit de magie in alles wat er tussenin zit, hoe je die doelen bereikt. Hoe meet je de data die je nodig hebt? Hoe presenteer je ze en zorg je dat ze bij de persoon komen, die een beslissing moet nemen?
In het algemeen gebruiken we relatief veel tools, omdat we een grote organisatie zijn die wereldwijd opereert. We gebruiken vooral tools van Microsoft. We werken ook veel met Alibaba en Intel, die sponsors zijn. We gebruiken vaak Power BI voor visualisatie en rapportage. Maar los van de tools is de uitdaging vooral om de data te verkrijgen die nodig zijn om het gewenste resultaat te bereiken.
Welk advies heb je voor studenten en professionals die willen werken in data-analyse en business intelligence in de sportindustrie?
Mijn eerste advies is gewoon je erin te storten. Speel met data, gebruik verschillende tools, bekijk verschillende casussen. Vind iets waar je gepassioneerd over bent. Het kan tennis zijn, wielrennen of een andere sport. Er zijn veel data openbaar beschikbaar over veel onderwerpen, dus vind iets en begin het te gebruiken en oefen ermee. Ik denk dat je vrij snel zeer nuttige vaardigheden kunt ontwikkelen voor werkgevers, door simpelweg te oefenen met data die beschikbaar zijn op internet. Tijdens dit proces leer je veel tools en technieken. In mijn geval was de reden dat ik met data werkte omdat ik er gewoon mee speelde, voor de lol. Niemand vroeg me om een rapport te maken of zo. Ik deed het gewoon uit nieuwsgierigheid, ik zag dat we iets niet deden over een bepaald onderwerp, dus vroeg ik: kan ik dit doen? Ze zeiden, ja, ga je gang. En na verloop van tijd kende men mij als de man van de data die interessante inzichten geeft.
Céline van Gerner: van olympische turnen naar sportjournalistiek
Céline van Gerner is een voormalige olympische turnster die tussen 2008 en 2019 een internationale carrière in turnen ontwikkelde. Ze werd meerdere keren Nederlands kampioen in verschillende disciplines en behaalde internationale successen met meerdere medailles op EK’s en WK’s. In 2012 nam ze deel aan de Olympische Spelen in Londen, waar ze twaalfde werd in de meerkamp. In 2016 kwalificeerde ze zich opnieuw en maakte ze deel uit van het Nederlandse team dat zevende werd in de teamfinale in Rio de Janeiro. In 2018 kreeg ze internationale aandacht met een opvallende uitvoering geïnspireerd op “Cats”. Ze behaalde de vierde plaats en die uitvoering was ook de aanleiding tot een regel in het turnen tegen ‘te theatrale make-up’. In september 2018 begon ze aan de Master in Coaching aan Johan Cruyff Institute. Aan het einde van het programma besloot ze haar carrière in topsport te beëindigen. Tegenwoordig verschijnt ze af en toe op de Nederlandse televisie als sportcommentator bij turnevenementen voor NOS. Ze gaf samen met Edwin Cornelissen commentaar bij de Olympische Spelen van Tokio 2021 en werd ook uitgenodigd om dit te doen voor Parijs 2024.
Hoe was je rol als commentator bij de Spelen van Parijs 2024?
Ik keek uit naar de volle stadions en het bezoeken van een stad die sport ademt. Om commentaar te verzorgen vanuit een vol stadion is echt anders dan een leeg stadion, zoals in Tokio. Het publiek vertelt dan eigenlijk al wanneer iets gaaf is, daar kan je als commentator op inspelen. Nederland is tijdens deze Olympische Spelen vertegenwoordig met een mannen- en vrouwenploeg in het turnen. Dat is best bijzonder en zeker niet vanzelfsprekend, dus daar keek ik natuurlijk ook naar uit. En in het bijzonder -zoals velen met mij – naar de Amerikaanse vrouwenploeg, met kopvrouw Simone Biles. Het was interessant om hun optreden in Tokio te zien, dat niet was zoals verwacht.
In Parijs gaf je commentaar met journalist Edwin Cornelissen. Hoe verloopt de samenwerking tussen jullie?
Ik ben heel blij om het commentaar samen met Edwin te kunnen verzorgen. Waar ik het technisch inhoudelijke deel grotendeels voor mijn rekening neem, weet Edwin eigenlijk alles over de sporter. Dat vult elkaar lekker aan.
Hoe was de ervaring van commentaar geven bij de Olympische Spelen van Tokio in 2021?
Inmiddels ben ik drie jaar verder en ik moet zeggen dat ook hier oefening meer kunst baart. Zo weet ik steeds meer elementen en regels uit het mannen turnen bijvoorbeeld. Voorheen was dat moeilijk voor mij om te zien, ik had echt een nieuwe sport te leren. Wat ik hoop is dat ik ‘relaxedheid’ in mijn stem kan brengen en vooral te benoemen wat voor een gave sport het turnen is.
Wat gebruik je in je professionele leven dat je opgepakt hebt tijdens je studie aan Johan Cruyff Institute?
Eén van de dingen die ik nog dagelijks meeneem is om echt nieuwsgierig te blijven en om de vraag achter de vraag te stellen. Al dan niet alleen voor mijzelf. Zo ook tijdens het commentaar geven. Je zult mij niet zo snel iets horen zeggen wat ik niet uitgezocht heb, of mijzelf al eens afgevraagd heb.