Met meer dan tien jaar ervaring in de sportindustrie benadrukt Johannes Regier, internationaal vertegenwoordiger voor Johan Cruyff Institute in Canada, het belang van het focussen op de personen en het bijbrengen van waarden
Gedurende zijn carrière heeft Johannes Regier meerdere functies bekleed binnen de sportindustrie. Hij vertegenwoordigde en adviseerde profvoetballers, was clubeigenaar en sportbestuurder in Canada en richtte liefdadigheidsprogramma’s op rond de positieve invloed van sport. Momenteel coacht en adviseert hij zowel professionele sporters als sportbestuurders en leidt hij leiders in de sportgemeenschap op.
In dit interview reflecteert Regier op de Canadese sportindustrie en het belang van de overeenkomst tussen Johan Cruyff Institute en League1 Canada om toekomstige leiders op te leiden. Hij benadrukt ook de groei van het voetbal in Canada, die heeft geleid tot de uitstekende prestaties van het nationale team tijdens de Copa America.
Met de recente groei van het voetbal in Canada, welke kansen en uitdagingen zie je voor de ontwikkeling van de sport?
Johannes Regier, internationaal vertegenwoordiger voor Johan Cruyff Institute in Canada.
In de afgelopen 25 jaar, vooral sinds de herleving van de Major League Football (MLS) in de Verenigde Staten, heeft het voetbal in Canada een aanzienlijke groei doorgemaakt. De oprichting van de Canadese Premier League in 2017 was een grote stap voorwaarts, want daarvoor waren er alleen enkele semiprofessionele competities. Om het Canadese voetbal naar een hoger niveau te tillen, was een competitieve eredivisie essentieel.
Voor 2025 is de lancering van een professionele vrouwenvoetbalcompetitie, Project 8, voorzien. Daarnaast is de oprichting van League1 Canada in Ontario in 2022 een stap in de goede richting om de kloof tussen jeugd- en professioneel voetbal te overbruggen. Deze ontwikkelingen illustreren de aanzienlijke groei van het voetbal in Canada. Bovendien wordt verwacht dat het komende wereldkampioenschap voetbal in 2026, dat zal worden georganiseerd door Canada, de Verenigde Staten en Mexico, het niveau van het Canadese voetbal verder zal verbeteren.
Hoe denk je dat de overeenkomst tussen Johan Cruyff Institute en League1 Canada het Canadese voetbal ten goede komt?
Er is de afgelopen 20 a 25 jaar een goede basis ontwikkeld, die aan de basis ligt van de groei van het Canadese voetbal. Je kunt het zien als een piramide: je moet eerst een solide basis hebben om op te bouwen. Het voetbal in Canada is enorm gegroeid omdat jarenlang het kinder- en jeugdvoetbal werd gestimuleerd. Dat biedt een basisstructuur waar de Canadese voetbalbond mee kan werken.
Toen we met Johan Cruyff Institute onderzochten via welke strategische weg we het meeste konden bereiken, vonden we League1 Canada ideaal. Omdat je daar jeugdspelers kunt helpen om deel uit te maken van een opleidingsprogramma om professionele spelers te worden. Hoewel er in Canada een goed academisch aanbod is, zijn er niet veel mogelijkheden om de sportindustrie in te gaan, tenzij het online of internationaal is.
“Het partnerschap tussen League1 Canada en Johan Cruyff Institute biedt nieuwe kansen voor iedereen die sportmanager of sportmakelaar is, of die ‘gewoon’ sport wil gebruiken om een impact te maken op het leven van kinderen, jongeren of hun eigen community”
Maar nu, dankzij dit partnerschap tussen League1 Canada en Johan Cruyff Institute, zijn er nieuwe kansen voor iedereen die sportmanager of sportmakelaar is, of die ‘gewoon’ sport wil gebruiken om een impact te maken op het leven van kinderen, jongeren of hun eigen community.
Daarom vinden we dat het aanbieden van deze mogelijkheid aan League1 Canada, een ecosysteem met 165 teams, een positieve impact zal hebben op het voetbal en de Canadese sportindustrie. Deze mogelijkheden worden aangeboden zodat iedereen, of je nu een jeugdspeler bent of profsporter, toegang kan krijgen tot de cursussen en opleidingen die door Johan Cruyff Institute worden aangeboden.
Hoe kijk jij als ervaren sportmanager aan tegen het managen van sporters en teams om zowel professioneel succes als persoonlijke voldoening te garanderen?
Ik werk al meer dan 10 jaar in de sportindustrie en in die tijd heb ik de kans en het genoegen gehad om met veel professionele en jonge talenten te werken. De afgelopen jaren is het me opgevallen dat veel profsporters op het hoogste niveau, of het nu NBA-spelers of voetballers zijn, het hebben over problemen die te maken hebben met hun geestelijke gezondheid.
Gedurende mijn carrière heb ik een paradox waargenomen: we zijn nu erg goed in het verbeteren van prestaties en het maximaliseren ervan. We zijn er echter nog niet goed in geslaagd om spelers te helpen bij het vinden van persoonlijke voldoening en een manier om aan de verwachtingen van fans en leidinggevenden te voldoen. Mijn idee is om het platform van de sporter te benutten om hen een voldaan gevoel te geven. Wanneer we onze tijd gebruiken om andere mensen te helpen, voelen we ons nuttig omdat we eraan bijdragen om het leven van iemand anders te verbeteren.
“Ik wil het platform van de sporter benutten om hen een voldaan gevoel te geven. Wanneer we onze tijd gebruiken om andere mensen te helpen, voelen we ons nuttig omdat we eraan bijdragen om het leven van iemand anders te verbeteren”
Daarom heb ik bijgedragen aan de oprichting van de organisatie Team Up, waar we sport gebruiken om anderen te helpen en te begeleiden. Als sporters meedoen aan projecten voor de samenleving, hebben ze invloed op het leven van anderen en dit helpt hen ook om hun identiteit te ontwikkelen en een gevoel van verbondenheid te voelen.
Kun je jouw inzichten delen over aspecten van het managen van sportorganisaties in Canada in vergelijking met andere regio’s waar je hebt gewerkt?
Ik ben opgegroeid in Paraguay, in Zuid-Amerika, dus ik ken de Zuid-Amerikaanse sportindustrie erg goed. Daarna ben ik naar Duitsland verhuisd, waar ik een paar jaar heb gewoond, en ik heb ook in het Verenigd Koninkrijk als voetbalmakelaar gewerkt voor een bedrijf. Daardoor kon ik ook veel kennis over de Europese sportindustrie opbouwen.
Ik zie veel overeenkomsten tussen de twee sportindustrieën, maar ook veel verschillen. Zuid-Amerika heeft bijvoorbeeld veel natuurtalent, terwijl Europa de beste en meest competitieve competities ter wereld heeft. Ondanks dat Zuid-Amerika veel talent voortbrengt, heeft het niet hetzelfde niveau van infrastructuur en opleidingen voor sportbestuurders. In Europa vind je meer technische, gedisciplineerde spelers die iets nieuws toevoegen. Dit creëert een synergie: Europese competities hebben Zuid-Amerikaans talent nodig en Zuid-Amerika heeft de organisatie en structuur van de Europese industrie nodig.
Wat Noord-Amerika betreft, was ik erg verrast door de rol die sport speelt in de samenleving. Ik denk dat de franchises en competities een geweldige manier hebben gevonden om er meer van te maken dan alleen sport, door er een plek van te maken in de samenleving waar mensen iets samen delen. Dit is iets wat Europa probeert te kopiëren.
Een ander verschil tussen Noord- en Zuid-Amerika is het niveau van organisatie. Terwijl in Zuid-Amerika de meeste mensen voetbal gaan spelen, zijn er in Noord-Amerika vijf of zes grote sporten, waardoor kinderen en jongeren uit veel verschillende sporten kunnen kiezen. Deze verscheidenheid en gemakkelijke toegang ertoe, zorgen voor uitstekende sporters.
Hoe heeft Johan Cruyff Institute bijgedragen aan jouw begrip van sportmanagement?
Johan Cruyff Institute heeft een rijke geschiedenis en een indrukwekkende staat van dienst in het opleiden van sportleiders wereldwijd. Wat ik het meest bewonder is hoe Johan Cruijff zag welke behoefte er is aan gekwalificeerde leiders in de sport. Daarom is het motto van Johan Cruyff Institute het opleiden van leiders in de sport. Voor mij is dat essentieel: focussen op de persoon. Negenennegentig procent van degenen die beginnen met jeugdsport zullen het niet redden in profsport. Maar wat ze leren door te sporten is waardevol, omdat uit die sporters leiders kunnen voortkomen, voor de samenleving. Sporters leren waarden als discipline, teamwerk en veerkracht, die zelden ontwikkeld worden in andere omstandigheden. De nadruk op het focussen op mensen en het bijbrengen van waarden, is de belangrijkste les die Johan Cruyff Institute mij heeft geleerd.
“De nadruk op het focussen op mensen en het bijbrengen van waarden, is de belangrijkste les die Johan Cruyff Institute mij heeft geleerd”
Canada bereidt zich voor om in 2026 het WK voetbal te organiseren. Welke impact zal dit evenement volgens jou hebben op de voetbalindustrie in het land, zowel wat betreft de infrastructuur als de algehele groei en bekendheid van de sport?
Het bericht dat Canada het volgende WK voetbal zal organiseren is een enorme stimulans voor het voetbal in heel het land. Het is ook de eerste keer dat er 48 landen deelnemen, wat resulteert in veel meer wedstrijden. In totaal zullen er 13 wedstrijden worden gespeeld in Toronto en Vancouver.
De aankondiging kon op geen beter moment komen. In de afgelopen jaren hebben we een toename gezien in de deelname van kinderen en jongeren aan voetbal en de oprichting van nieuwe competities, waaronder vrouwenvoetbal. Om het Canadese voetbal naar een hoger niveau te tillen, hebben we echter meer inkomsten nodig om een solide basis te creëren, waardoor het risico om te investeren in franchises in de Canadese Premier League wordt verkleind. We hebben ook meer voetbalspecifieke infrastructuur nodig, zoals stadions en voetbalvelden. In de aanloop naar het WK zullen we zeker upgrades zien van bestaande faciliteiten. Maar het allerbelangrijkste is dat het WK voetbal van 2026 veel mensen in Canada zal bereiken. Steeds meer mensen zullen geïnspireerd raken door de spelers, er deel van uit willen maken en erbij betrokken raken. Ik denk dat dat het grootste voordeel van alles is.
