Vivianne Miedema ronde Johan Cruyff Institute’s Postgraduate Diploma in Football Business af en vindt het belangrijk om haar invloed als bekende voetballer te benutten om haar sport naar een positie te brengen die het verdient. “Ik wil niet alleen maar voetbalster zijn, want ik heb de wereld meer te bieden”, zegt de Nederlandse crack, die ook verder wil studeren
In 2020 had Johan Cruyff Institute een topsporter in haar studieprogramma’s, die voorbestemd is om één van de grote sterren van de zomerspelen in Tokio te worden. Arsenal-speler Vivianne Miedema behaalde het Postgraduate Diploma in Football Business online, in een druk jaar, waarin ze ook topscorer werd van de FA Women’s Super League, bekroond werd als de beste speler van het jaar bij de London Football Awards en door The Guardian verkozen werd tot de op één na beste voetbalster ter wereld.
Waar ze ook gaat, Vivianne is gewend om eruit te springen sinds ze, op slechts 15-jarige leeftijd, de jongste speelster in de geschiedenis werd die haar debuut in de Eredivisie maakte. Haar progressie was spectaculair en vol records, zowel tijdens haar tijd in de Bundesliga bij Bayern München als bij haar huidige team, Arsenal. Wie haar kent weet dat Vivianne buiten het veld het liefst onopgemerkt en uit de schijnwerpers blijft. Zij viert de doelpunten nauwelijks, uit respect voor de rivaal en zonder veel tijd aan social media te besteden, “hoewel het postgraduate programma me wel geholpen heeft om beter te begrijpen hoe je het leven van mensen kan beïnvloeden en hoe je hun ervaring kan verbeteren door contact te maken met je fans”, erkent zij. Al met al voelt ze zich meer op haar gemak om de prestaties op het veld voor zich te laten spreken. Zijzelf richt zich liever op haar eigen leven, waar voetbal een heel belangrijk onderdeel van is, maar niet het enige is wat telt.
Een paar dagen geleden opende ze haar laptop weer om contact te maken met Johan Cruyff Institute, maar dit keer zonder enige verplichting, gewoon om op een ontspannen manier te vertellen over haar carrière, wat zij bereikt heeft, wat er komen gaat en over het belang dat bekende voetbalsters hun stem laten horen om een einde te maken aan de ongelijkheid in het vrouwenvoetbal en andere zaken die hun leven zin geven.
Mogen we concluderen dat je op 24-jarige leeftijd, waarvan zes als profvoetballer, de top al bereikt hebt in je carrière en het beste van je kunnen hebt getoond?
Dat hoop ik niet. Veel mensen zeggen dat je het hoogtepunt van je carrière bereikt als je 27 of 28 jaar oud bent, dus ik hoop dat ik mezelf blijf verbeteren en nog veel meer successen mag meemaken.
Op 18-jarige leeftijd verliet je Nederland om bij Bayern München in de Bundesliga te gaan spelen. Hoe was dat om die beslissing te nemen en hoe heeft het je leven veranderd?
Nou, het veranderde eigenlijk alles. Ik verliet het ouderlijk huis om naar een ander land te gaan. Ik kon nog geen Duits en sprak ook bijna geen Engels, dus ik kwam in München aan en dacht: ‘wat nu?’ Ik denk dat het voor mij een hele grote en belangrijke stap was, want ik moest snel volwassen en onafhankelijk worden, wat heel goed was, en ik realiseerde me dat er veel te ontdekken viel buiten Hoogeveen, de plaats waar ik was opgegroeid. Ook het voetbal groeide en daar wilde ik deel van uitmaken.
“In Duitsland gaan spelen veranderde alles; voor mij was het een hele grote en belangrijke stap. Ook het voetbal groeide en daar wilde ik deel van uitmaken”
Je speelt nu bij Arsenal, de club waar je één van de beste spelers ter wereld bent geworden. Wat zijn je beste herinneringen aan de drie competities waarin je hebt gespeeld: de Eredivisie, de Bundesliga en de FA Super League
Het winnen van de eerste titel met Bayern München in 2015 was heel bijzonder. Bij het team komen en de competitie winnen –de laatste titel was van 1976– was geweldig. Bij Arsenal gebeurde iets soortgelijks met mij: het behalen van de landstitel in mijn tweede jaar bij het team. Het was een heel moeilijk seizoen, met veel blessures, maar we slaagden er wel in de competitie te winnen. En vorig jaar hebben we alle FA Women’s Super League-records gebroken, het was een geweldig jaar voor het team. Dit zijn persoonlijk de momenten waar ik het meest trots op ben.
En wat zijn je herinneringen aan de Eredivisie?
Ik was nog heel jong, 14 jaar, toen ik bij sc Heerenveen kwam, mijn eerste team. De eerste dag dat ik de kleedkamer binnenliep, zei ik tegen mezelf: ‘Wauw, deze vrouwen zijn een stuk ouder dan ik, wat moet ik hen vertellen? Wat moet ik doen?’ De stap van het voetballen met de jongens naar het spelen met vrouwen was een grote verandering, het voetbal was anders en ik moest wennen aan een ander soort spel. Het eerste seizoen was alles nieuw, ik moest me aanpassen. In het tweede seizoen ging het beter en in het derde seizoen maakte ik een belangrijke verandering door, ik scoorde veel doelpunten en het team deed het erg goed. Ik denk dat die ervaring me heeft doen groeien naar de persoon en de speler die ik nu ben.
“Toen ik jonger was, was ik een grote fan van Robin van Persie. Ik hield van hem, hij zorgde ervoor dat ik van voetbal ging houden en voetbalster wilde worden”
Wie heeft je geïnspireerd op en buiten het voetbalveld?
Toen ik jonger was, was ik een grote fan van Robin van Persie. Ik bewonderde hem, hij zorgde ervoor dat ik van voetbal ging houden en voetballer wilde worden. Nu heb ik geen idolen meer, ik heb geen andere mensen nodig die me inspireren, ik ben vanuit mezelf gemotiveerd om mijn best te doen. Ik hou van voetbal, ik ben dol op deze sport, dus ik wil me gewoon blijven verbeteren om de beste versie van mezelf te geven; dat is wat mij nu inspireert. Eén van de redenen waarom ik heb besloten om volgend jaar verder te studeren is omdat ik niet alleen maar die voetbalster wil zijn. Ik denk dat ik de wereld meer te bieden heb, als persoon.
“Eén van de redenen waarom ik heb besloten om volgend jaar verder te studeren is omdat ik niet alleen maar voetballer wil zijn, ik denk dat ik de wereld meer te bieden heb, als persoon”
En buiten het veld, wie bewonder je?
Ik zou het geen bewondering willen noemen, maar eerder respect. Ik werk samen met War Child, een organisatie die kinderen in oorlogsgebieden helpt. Er zijn veel mensen die zich inzetten voor iets waarin ze geloven; de wereld is veranderd. Als mensen voor iets vechten waarin ze geloven, dan vind ik dat bewonderenswaardig. Natuurlijk maakt dat de dingen soms ingewikkeld, maar het zijn de mensen die we nodig hebben, mensen die iets willen veranderen, onbaatzuchtige mensen die anderen willen helpen. Ik heb daar veel respect voor.
“Ik zou het geen bewondering willen noemen, maar ik heb veel respect voor mensen die iets willen veranderen, onbaatzuchtige mensen die anderen willen helpen”
Over verandering gesproken, het WK in Frankrijk in 2019 wordt tot op heden beschouwd als het WK van de veranderingen: voor het eerst waren er meer dan een miljard toeschouwers uit 206 verschillende landen en er werden meer dan een miljoen tickets verkocht. Wat zou volgens jou de volgende grote stap moeten zijn voor de verdere wereldwijde professionalisering van vrouwenvoetbal?
Ik wou dat ik daar het antwoord op had, want dan zou het gebeuren. Ik denk dat, als je naar de afgelopen jaren kijkt, het vrouwenvoetbal over de hele wereld enorm is gegroeid, uiteraard ook in Spanje, maar in het algemeen, overal. Volgens mij is het op dit moment het belangrijkste dat het blijft doorgroeien en door ontwikkelen, zoals bij het mannenvoetbal, waar meer geld in wordt geïnvesteerd. Dat moet ook zo zijn in het vrouwenvoetbal; de omstandigheden, voorzieningen en kansen voor meisjes en vrouwen moeten gelijk zijn aan die van mannen. En op het moment dat dat bereikt wordt, zal de kwaliteit beter zijn, zal men geïnteresseerder zijn in vrouwenvoetbal en zullen er meer mensen naar de stadions komen, zodra Covid dat weer toelaat. Het is heel belangrijk dat het vrouwenvoetbal op alle niveaus een stap voorwaarts maakt: investeringen, faciliteiten en natuurlijk in publiek. Er moet nog veel werk worden verzet, maar we moeten absoluut vooruitdenken en voor alles openstaan.
“Volgens mij is het belangrijkste dat het vrouwenvoetbal zich blijft ontwikkelen, dat het blijft groeien, zoals het mannenvoetbal, waar meer geld in wordt geïnvesteerd. Zo moet het ook in het vrouwenvoetbal”
Ada Hegerberg weigerde op het WK te spelen uit protest tegen discriminatie. Megan Rapinoe maakte van de gelegenheid gebruik om de noodzaak van die verandering te benadrukken. Denk je dat de betrokkenheid van bekende voetbalsters, zoals jijzelf, de beste manier is om zo snel mogelijk gelijkheid te bereiken?
Ik denk van wel. We moeten van onze bekendheid profiteren, een platform vormen voor de voetbalsterren van vandaag, zodat de positie van onze sport verbetert. Daarom denk ik dat het delen van onze mening voor betere faciliteiten, voorwaarden en meer investeringen, belangrijk is en iets is wat moet gebeuren. Ik merk dat er nog steeds veel mensen zijn, vooral van de oudere generatie, die vinden dat voetbal een mannensport is, maar dat zal in de loop van de tijd ook veranderen. En het is onze taak om dat te helpen realiseren. Het is goed dat er bekende spelers zijn, die betrokken zijn en erover praten. En het is geweldig dat wereldwijd het bewustzijn groeit ten gunste van het vrouwenvoetbal en dat vrouwen dezelfde kansen krijgen als mannen. Vanaf hier kan het alleen maar beter worden.
“Er zijn nog steeds veel mensen die geloven dat voetbal een mannensport is, maar ook dat zal in de loop van de tijd veranderen. En het is onze taak om dat te helpen realiseren”
2020 was een goed jaar voor jou, individueel en met het team. Daarnaast heb je het Postgraduate Diploma in Football Business aan het Johan Cruyff Institute behaald en was je volgens je tutor ook nog eens één van de beste studenten van de groep. Kun je uitleggen hoe je de studie kon combineren met je carrière als profvoetballer?
We trainen elke dag, je moet om negen uur ‘s ochtends op het veld staan en ik ben dan om drie uur ‘s middags weer thuis. Soms was ik een beetje te moe om mijn huiswerk te maken, maar meestal kon ik dat goed organiseren. Als ik een vrije dag had, boekte ik veel vooruitgang met mijn studie en probeerde ik bij te blijven. Ik ben nogal perfectionistisch, dus al het werk dat ik inleverde moest van goed niveau zijn. Ik ben blij dat de docent dat zei, want ik heb er echt van genoten. Ik vond het leuk om na het voetbal thuis te komen en iets anders te doen te hebben, niet alleen die voetballer te zijn, maar een persoon. Volgend jaar ga ik verder studeren en dat is goed.
“Ik heb echt genoten van het postgraduate programma; Ik vond het leuk om na het voetbal thuis te komen om aan iets anders te werken, niet alleen die voetballer te zijn, maar een persoon”
Veel van onze student-sporters vinden dat een duale carrière, dus de combinatie van sport en een studie, hen op beide vlakken helpt. Is dat bij jou ook zo?
Ja, ik ben het daar volledig mee eens. Als je niet studeert, als je alleen maar werkt, ben je volledig gefocust op voetbal en enorm betrokken bij die wereld. En als het voetbal dan niet goed gaat, gaat niets goed. Maar als je studeert – tenminste zo was dat voor mij – besef je dat er meer dingen zijn, dat niet alles om voetbal draait. Je moet kennis hebben, plannen hebben voor de toekomst. En ik merk dat als je gestrest bent tijdens de studie, je minder gestrest bent op het veld en er een goede balans ontstaat; de combinatie werkt. Tijdens het studeren realiseerde ik me, dat alle druk die ik mezelf en mijn teamgenoten oplegde niet echt nodig is, je moet ervan genieten. Ik denk dat studeren me heeft geholpen een andere speler te worden, en ik geloof dat dat erg goed is.
“Als je studeert, besef je dat er nog veel meer dingen zijn, dat niet alles om voetbal draait. Je moet kennis verwerven en plannen hebben voor de toekomst”
Hoe belangrijk is het dat er opleidingen zijn die sporters kunnen volgen tijdens hun sportcarrière?
Heel belangrijk. Ik heb altijd gezegd dat studeren belangrijk is nadat ik naar Duitsland verhuisde. Ik sprak geen Engels of Duits, dus ik moest beide talen leren, ook om met iedereen te kunnen communiceren, en vanaf toen was het me duidelijk dat ik dat meer wilde doen en daarom ben ik weer gaan studeren. Zoals we al zeiden, ik denk dat het heel goed is als aanvulling op voetbal, ik denk zelfs dat het je helpt om een meer volwassen persoon te worden. Het doet je beseffen dat je je op de juiste dingen moet richten en ik ben van mening dat je tegen de tijd dat je je sportcarrière beëindigt, een plan moet hebben, een toekomst. Ik vind het spannend om na te denken over wat ik hierna ga doen, hoe ik mijn studie wil toepassen. Zelfs als jonge meisjes bij het nationale team komen, zeg ik altijd dat ze moeten studeren, hun studie moeten afmaken, iets achter de hand moeten hebben, want wat gebeurt er als ze niet slagen, wat gebeurt er als ze geblesseerd raken? Je moet een plan hebben en mijn plan is om te studeren. Ik vind het ook erg leuk, het geeft me een goed gevoel, het ontspant me.
“Ik vind het spannend om na te denken over wat ik hierna ga doen, hoe ik mijn studie wil toepassen. Je moet een plan hebben en mijn plan voor nu is om te studeren”
Wat vind je het leukste aspect van sportmanagement en waarom?
Eerlijk gezegd heb ik een hekel aan sociale media, in die zin ben ik behoorlijk old school. Ik hou niet van sms’jes, posts en zo, ik ontmoet mensen liever persoonlijk. Maar de postgraduate heeft me geholpen om beter te begrijpen hoe je het leven van mensen kan beïnvloeden, hoe je hun beleving kunt verbeteren. Dat is het onderdeel van het programma dat me het meest boeide, de marketing. Je kan jouw mening geven en hopelijk anderen helpen. Ik vond het erg leuk, vooral de module over fan engagement. Als voetballer is het interessant te weten wat de fans van je verwachten en wat ze willen, want soms ben je te druk bezig met je eigen dingen om je dat te realiseren. Ik vond het erg leuk om te zien dat sport van buitenaf heel anders kan zijn, om die andere kant van sport te ontdekken.
“Ik ben nog steeds niet het type dat de mobiele telefoon overal mee naartoe neemt om foto’s te maken met de gedachte dat mensen dit of dat leuk vinden. Maar als je studeert, realiseer je je dat iets dat voor jou misschien saai of alledaags is, voor anderen interessant kan zijn”
Heeft dat onderdeel van het studieprogramma je geholpen om de relatie met de media en het contact met fans te verbeteren?
Ja, ik denk van wel. Ik ben nog steeds niet het type dat de mobiele telefoon overal mee naartoe neemt om foto’s te maken met de gedachte dat mensen dit of dat leuk vinden. Maar als je studeert, realiseer je je dat iets dat voor jou misschien saai of alledaags is, voor anderen interessant kan zijn. En in die zin denk ik er nu vaker over na wat ik zou kunnen doen. Het heeft mij dus zeker geholpen.
Zoals je al zei, sluit je het doen van de Master in Sport Management niet uit. Wat zijn je plannen voor de toekomst?
Ik heb het de afgelopen tijd behoorlijk druk gehad met het behalen van mijn coachlicentie, op dit moment de UEFA B. Maar, zoals ik al zei, ik hou van studeren. Ik zie mezelf ook betrokken bij voetbal, maar ik werk ook erg graag met kinderen, dus ik hoop voetbal en management te kunnen verenigen, misschien om een voetbalclub te beginnen, of misschien om clinics te organiseren. Ik weet het nog niet, ik sta open voor van alles. Studies op het gebied van marketing en sponsoring kunnen me ook helpen om met jonge talenten te werken, hen te helpen zich te ontwikkelen en zich te focussen op hun carrière.
“Studies in marketing en sponsoring kunnen me ook helpen om met jonge talenten te werken, hen te helpen zich te ontwikkelen en zich te focussen op hun carrière, maar ik sta open voor van alles”
Wat betekent Johan Cruijff voor jou?
Ik ben te jong om hem te hebben zien spelen, maar ik herinner me hem als coach. Voor mij is hij een legende die het voetbal overstijgt. Zijn manier van praten over voetbal, zijn ideeën … Sterker nog, een teamgenoot gaf me zijn biografie en die heb ik in mijn rugzak. Ik kijk er naar uit om die te gaan lezen. Hij is een legende in Nederland. Toen ik met voetballen begon had iedereen het over Johan Cruijff. En alles wat er omheen is gecreëerd is ongelooflijk, het academische gedeelte, de Foundation, de Cruyff Courts over de hele wereld. Hij is veel meer dan een voetballer en zijn nalatenschap is buitengewoon.
“Ik ben te jong om hem te hebben zien spelen, maar ik herinner me hem als coach. Het is ongelofelijk wat er allemaal omheen gecreëerd is, het academische gedeelte, de Foundation, de Cruyff Courts over de hele wereld. Hij is veel meer dan een voetballer en zijn nalatenschap is buitengewoon”
En tenslotte, waarom besloot je te gaan studeren aan Johan Cruyff Institute?
Ik ken veel spelers die er hebben gestudeerd. Sterker nog, één van mijn collega’s bij sc Heerenveen, Maruschka Waldus, was een student van de Johan Cruyff Academy Amsterdam en ze vertelde me dat ze het erg leuk vond. Zij raadde het me aan en via internet heb ik informatie gezocht en alle referenties die ik vond waren zeer positief. Dus ik besloot het gewoon te doen, om geen tijd meer te verspillen, het was tijd om me weer op een studie te focussen. Zoals ik al zei, ik heb echt genoten van het jaar dat ik het Postgraduate Diploma in Football Business deed en de flexibiliteit die er was om het te volgen. Als ik nog een paar weken nodig had om aan alles te voldoen, of als ik juist met iets vooruit wilde werken, gaven ze me de mogelijkheid om dat zo te doen en dat is heel goed, want het neemt veel stress weg. Ik kijk er dus naar uit om aan mijn master te beginnen en hopelijk volgende zomer af te studeren.